Verordening parkeerplaatsen bij gebouwen

Parent Previous Next

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake parkeerplaatsen bij gebouwen

Artikel 1 Toepassingsgebied

Deze verordening geldt voor het volledige grondgebied van de gemeente Middelkerke. Wanneer voor een gebied een BPA, RUP of niet vervallen verkavelingsvergunning van toepassing is waarin andere normen worden opgelegd hebben deze voorrang op de bepalingen van deze verordening.

Artikel 2 Definities

Hetzij een gesloten garage voor het parkeren van één enkele wagen, hetzij een gesloten garage of een standplaats in een gesloten ruimte voor het parkeren van meerdere wagens, hetzij een carport, hetzij, in het geval van een eengezinswoning, een parkeerplaats in open lucht, daartoe speciaal aangelegd en uitgerust.

Hetzij een gesloten garage, hetzij een standplaats in een gesloten ruimte of in open lucht, daartoe speciaal aangelegd en uitgerust.

Aanpassingswerken doorvoeren binnen het bestaande bouwvolume van een constructie waarvan de buitenmuren voor ten minste zestig procent behouden worden.

Niet gedefinieerde begrippen worden gelezen in hun gebruikelijke juridische betekenis.

Artikel 3 Inrichtingsprincipes

Als “geldige parkeerplaats” komt in aanmerking:

Hiertoe wordt tussen de eigenaar van de parkeerplaats en de bouwheer van het hoofdgebouw een overeenkomst gesloten waarbij de parkeerplaats wordt aangewezen om te voldoen aan de verplichting tot het aanleggen van parkeerplaatsen dat het voorwerp uitmaakt van de desbetreffende omgevingsvergunning van het hoofdgebouw.

De eigendom van een parkeerplaats wordt aangetoond door overmaken van een kopie van de akte van aankoop van de parkeerplaats aan het gemeentebestuur.

Het sluiten van de overeenkomst impliceert dat de bedoelde parkeerplaats niet meer in aanmerking kan worden genomen om te voldoen aan de verplichting tot het aanleggen van parkeerplaatsen die voortspruit uit de realisatie van een ander bouwwerk. Deze bepaling moet in de overeenkomst worden opgenomen.

Deze overeenkomst van stedenbouwkundige binding moet in het bevoegde Kantoor van de Registratie geresisteerd worden.

Artikel 4 Verplichtingen

De verplichtingen voorkomend uit deze verordening maken blijvend deel uit van de omgevingsvergunning.

Artikel 5 Bepalen van het aantal parkeerplaatsen

Het aantal schijven wordt bekomen door de totale vloeroppervlakte te delen door de oppervlakte per schijf. Er wordt steeds afgerond naar de eerstvolgende volledige schijf.

5.1.- Woongebouwen

Voor een woning van minder dan 150 m² vloeroppervlakte: één parkeerplaats per woning.

Voor woningen van 150 m² vloeroppervlakte of meer: één parkeerplaats per 150 m² of bijkomend gedeelte van 150 m².

De vloeroppervlakte wordt per bouwlaag gemeten als zijnde begrensd door de binnenvlakken van de muren die de woongelegenheid omsluiten met uitzondering van de gemeenschappelijke delen, de buitenmuren en de open terrassen welke boven het openbaar domein zijn gelegen.

Indien door de verbouwingswerken bijkomende woningen ontstaan: dezelfde regels als voor nieuwbouw voor elke nieuw gecreëerde woonst.

Indien er geen bijkomende woningen ontstaan: één parkeerplaats meer voor elke bestaande woonst waarvan de oppervlakte met ten minste 50 m² wordt vergroot.

5.2.- Handelsgebouwen, kantoorgebouwen en autoherstelplaatsen

Het betreft de winkels en de warenhuizen voor groot- en kleinhandel alsook de restaurants, cafés en overige horecazaken.

Eén parkeerplaats per schijf van 50 m² vloeroppervlakte. De vloeroppervlakte wordt per bouwlaag gemeten exclusief de buitenmuren, verminderd met de oppervlakte van de verticale verbindingswegen en met die van de garages.

Eén parkeerplaats extra telkens de vloeroppervlakte vergroot met een schijf van 50 m².

5.3.- Industriële en ambachtelijke gebouwen, remises voor trams, autobussen en taxi's.

Uit de aanvraag tot omgevingsvergunning moet duidelijk blijken wat de behoefte aan parkeerplaatsen is en hoe die wordt opgevangen. Er wordt geen algemene norm opgenomen.

Idem als bij nieuwbouw.  

5.4.- Hotels en logiesverstrekkende bedrijven met kamers

Eén parkeerplaats per schijf van drie kamers.

Eén parkeerplaats extra per schijf van drie bijkomende kamers.

5.5. – Logiesverstrekkende bedrijven met vakantiewoningen

Eén parkeerplaats per vakantiewoning.

Eén parkeerplaats per bijkomende vakantiewoning.

5.6.- Schouwburgen, bioscopen, concertgebouwen

Eén parkeerplaats per schijf van tien zitplaatsen.

Eén parkeerplaats extra per schijf van tien bijkomende zitplaatsen.

5.7.- Ziekenhuizen, klinieken, woon- en zorgcentra

Eén parkeerplaats per schijf van vier bedden.  

Eén parkeerplaats per schijf van vier bijkomende bedden.

5.8. Serviceflats

Eén parkeerplaats per drie serviceflats

Eén parkeerplaats per schijf van drie bijkomende serviceflats.

5.9.- Onderwijsinrichtingen

Het aantal parkeerplaatsen wordt berekend door het aantal gewone klaslokalen te vermenigvuldigen met één der coëfficiënten welke voorkomen op volgende tabel:

Type onderwijsinrichting

Coëfficiënt

Kleuter- en lager onderwijs
Secundaire scholen
Hoger en niet universitaire onderwijs

1
2
4

Onder "gewone klaslokalen" verstaat men "klaslokalen waarin algemeen onderricht wordt gegeven". Tot de gewone klassen behoren dus niet de lokalen waar uitsluitend een bijzondere vorm van onderricht wordt gegeven, zoals de laboratoria, de natuurkundeklassen, de gymnastiekzalen, de huishoudklassen en zo meer.

Dezelfde normen als voor nieuwbouw gelden voor de bijkomende gewone klassen.

5.10 – Sportvoorzieningen

Eén parkeerplaats per schijf van 50m² vloeroppervlakte wat sportgebouwen betreft en één parkeerplaats per schijf van 100m² terreinoppervlakte wat sportterreinen betreft.

Bij verbouwingen: dezelfde normen als voor nieuwbouw gelden voor de bijkomende sportgebouwen en sportterreinen.

Artikel 6 Vaststellen van het aantal parkeerplaatsen

Op basis van de plannen bij de aanvraag tot omgevingsvergunning wordt door de vergunningverlenende overheid berekend hoeveel parkeerplaatsen er volgens de verordening moeten worden voorzien.

De parkeerplaatsen worden door de bouwheer genummerd aangeduid op de plannen. De beschrijvende nota vermeldt de berekeningswijze van het aantal parkeerplaatsen.

Artikel 7 Afwijkingsmogelijkheden

Op gemotiveerd verzoek van de aanvrager kan er een afwijking toegestaan worden door de vergunningverlenende overheid van de bepalingen van artikel 5 van deze verordening indien het technisch (bv. specifieke perceelsconfiguratie, niet wenselijk of mogelijk is om een toegang tot het openbaar domein te creëren) en/of ruimtelijk onmogelijk is om het vereiste aantal parkeerplaatsen te realiseren of wanneer de administratieve bepalingen van andere overheden het realiseren van parkeerplaatsen onmogelijk maakt.  


Artikel 8 Strafbepalingen

Overtredingen op deze verordeningen worden behandeld overeenkomstig de handhavingsmaatregelen bepaald in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Artikel 9 Inwerkingtreding en overgangsmaatregelen

Dit besluit treedt in werking 10 dagen na publicatie ervan in het Belgisch Staatsblad. Het moet toegepast worden bij elke aanvraag tot omgevingsvergunning die vanaf inwerkingtreding wordt ingediend. Aanvragen tot omgevingsvergunningen, waarvoor de vergunningverlener bij inwerkingtreding van deze verordening nog geen beslissing heeft genomen, en die voor de inwerkingtreding van de verordening werden ingediend vallen niet onder het toepassingsgebied van deze verordening.