Artikel 1:
Alle voltijds of deeltijds vastbenoemde en tijdelijke gesubsidieerde leden, behorend tot de categorieën van het onderwijzend, opvoedend hulp-, paramedisch, psychologisch, orthopedagogisch sociaal, medisch, administratief, beleids- en ondersteunend personeel, die effectief zijn tewerkgesteld in de school - met uitzondering van de directeur - zijn stemgerechtigd, ongeacht hun wijze van aanstelling.
Artikel 2:
Alle gesubsidieerde personeelsleden zoals vermeld in artikel 1 kunnen worden verkozen, met uitzondering van de directeur.
Artikel 3:
Alvorens te zetelen in de schoolraad, moet een verklaring inzake onverenigbaarheid worden onderschreven.
Artikel 4:
De kandidaat-afgevaardigden van het personeel mogen geen lid zijn van een schoolbestuur, schoolraad of oudervereniging van een onderwijsinstelling van een ander net.
Artikel 5:
Bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad en alle personen die onder hetzelfde dak wonen kunnen geen lid zijn van een zelfde schoolraad.
Artikel 6:
De kiezerslijst omvat alle kiesgerechtigde personen. Deze lijst wordt door de directeur opgemaakt en bevat naam en adres van de personeelsleden.
Hij moet waken over de correctheid en volledigheid van de lijst, zodat ieder personeelslid op rechtmatige wijze aan de verkiezingen kan deelnemen.
Artikel 7:
Elk personeelslid krijgt tien werkdagen vanaf de bekendmaking het recht om foutieve gegevens in de kiezerslijst te corrigeren of om zich alsnog op de kiezerslijst te laten inschrijven.
Artikel 8:
De kandidaturen worden binnen de tien werkdagen na het afsluiten van de kiezerslijst neergelegd bij de directeur, die ze op zijn beurt bekendmaakt door ophanging in het personeelslokaal.
Artikel 9:
De verkiezingen worden georganiseerd per vestigingsplaats.
Er worden hierbij drie effectieve vertegenwoordigers verkozen voor de gemeenteschool 1.
Er worden hierbij vier effectieve vertegenwoordigers verkozen voor de gemeenteschool 2.
Artikel 10:
Indien het mandaat van één van de leden van de geleding van het personeel vroegtijdig wordt beëindigd en er binnen het lopende mandaat geen plaatsvervangers beschikbaar zijn, moet er een nieuwe oproep worden gedaan met eventuele verkiezingen tot gevolg.
Artikel 11:
Indien bij gebrek aan voldoende kandidaten de geleding van het personeel niet volledig kan worden samengesteld, bestaat de schoolraad rechtsgeldig voor zover alle nodige decretaal vastgelegde stappen met het oog op de samenstelling van de schoolraad zijn ondernomen.
Artikel 12:
Indien er niet meer kandidaten zijn dan de op het niveau van de school effectief te begeven zetels, dan worden deze kandidaten van rechtswege als verkozen beschouwd.
Artikel 13:
De directeur maakt een proces-verbaal op dat onmiddellijk wordt overgemaakt aan het college van burgemeester en schepenen en ter bekrachtiging voorgelegd aan de gemeenteraad.
Artikel 14:
Indien er meer kandidaten zijn dan de op het niveau van de school effectief te begeven zetels, dan moet er worden gestemd.
Artikel 15:
De directeur brengt de kiesgerechtigden op de hoogte via een persoonlijke oproepingsbrief.
Artikel 16:
De directeur organiseert een geheime en verplichte stemming. Een proces-verbaal wordt onmiddellijk opgemaakt en wordt overgemaakt aan het college van burgemeester en schepenen en ter bekrachtiging voorgelegd aan de gemeenteraad.
Artikel 17:
De kandidaten met het grootst aantal stemmen volgens het aantal te begeven mandaten per school zijn verkozen, met een minimumvertegenwoordiging van 1 lid per vestigingsplaats.
Ingeval er geen kandidaat is voor één of meerdere vestigingsplaatsen worden deze plaatsen per school toegekend aan de overige kandidaten die het best gerangschikt zijn tot beloop van het aantal toe te kennen mandaten.
De overige kandidaten worden per vestigingsplaats genoteerd als opvolgers en worden in de volgorde van de rangschikking per vestigingsplaats opgeroepen wanneer een mandaat vrijkomt.
Ingeval er geen opvolger voor een vestigingsplaats is, worden de opvolgers opgeroepen volgens de volgorde van rangschikking.
Artikel 18:
Bij gelijk aantal stemmen wordt voorrang gegeven aan de kandidaat met de grootste anciënniteit in de betrokken instelling.
Artikel 19:
De stembiljetten worden ingepakt en worden samen met alle stukken van de verkiezingen in bewaring gehouden door de directeur, tot na de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad volgend op deze waarbij de uitslag van de verkiezing bekrachtigd wordt.
Na bedoelde vergadering vertrouwt hij de verkiezingsstukken toe aan het gemeentelijk archief.
Artikel 20:
Iedere stemgerechtigde kan bij het college van burgemeester en schepenen en binnen een termijn van vijf werkdagen na de verkiezing beroep aantekenen tegen de verkiezingsuitslag.