Projectsubsidie handelaarsbonden

Parent Previous Next

Projectsubsidie handelaarsbonden

Artikel 1

Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten en overeenkomstig de voorwaarden van dit reglement stelt het gemeentebestuur van Middelkerke jaarlijks subsidies ter beschikking voor de organisatie van projecten door de Middelkerkse handelaarsbonden.

Artikel 2

Enkel de handelaarsbonden van Middelkerke die als zodanig erkend zijn door het gemeentebestuur komen in aanmerking voor een projectsubsidie bedoeld in dit reglement.

Artikel 3

De subsidieaanvraag moet minstens 2 maanden voor de aanvang van het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd ingediend worden via het daarvoor voorziene typeformulier.

De bevoegde dienst kan bijkomende documenten en/of inlichtingen vragen.

Artikel 4

De aanvraag wordt geadviseerd door de bevoegde dienst, rekening houdend met volgende criteria:

Artikel 5

Volgende kosten komen niet in aanmerking voor subsidiëring:

Artikel 6

Er kan geen projectsubsidie toegekend worden als het project gesubsidieerd wordt via een andere gemeentelijke subsidie.

Het toegekende subsidiebedrag mag gecumuleerd  worden met subsidies die bij andere overheden en/of organisaties bekomen worden. Het totaal bedrag van de subsidies mag niet meer bedragen dan de totale kost van het project. Desgevallend wordt de projectsubsidie evenredig verminderd.

Artikel 7

Op basis van het advies van de bevoegde dienst wordt de subsidie al of niet toegekend door het college van burgemeester en schepenen.

In het toekenningsbesluit wordt het bedrag van de toegekende subsidie vermeld.

Artikel 8

Per kalenderjaar kan aan een handelaarsbond maximum 10.000 euro projectsubsidie toegekend worden.

Artikel 9

Het toegekende subsidiebedrag wordt uiterlijk 2 maanden na de goedkeuring overgeschreven op het door de begunstigde opgegeven rekeningnummer.

Artikel 10

Indien wijzigingen optreden die rechtstreeks verband houden met het gesubsidieerde project, het project niet plaatsvindt of uitgesteld wordt, wordt de bevoegde dienst hierover onmiddellijk schriftelijk of digitaal geïnformeerd door de begunstigde.

Artikel 11

Ten laatste twee maanden na afloop van het project waarvoor de subsidie werd toegekend dient de begunstigde het ingevulde type-evaluatieformulier in bij de bevoegde dienst.

Dit evaluatieformulier bestaat minstens uit:

Indien het voorziene evaluatieverslag niet tijdig wordt ingediend zal de projectsubsidie integraal teruggevorderd worden.

Artikel 12

De begunstigde verleent toestemming aan de bevoegde ambtenaar om de boekhouding van de betrokken handelaarsbond in te kijken om de correctheid van het financieel verslag na te gaan en om de inkomsten en uitgaven die rechtstreeks verband houden met het gesubsidieerd project te controleren.

Artikel 13

Het college van burgemeester en schepenen kan passende sancties opleggen indien onjuiste informatie werd gegeven in het aanvraagformulier en/of evaluatieformulier.

Het deels of volledig terugstorten van de subsidies of eventuele uitsluiting om in de toekomst subsidies te krijgen, behoren tot de sanctiemogelijkheden.

Artikel 14

Behoudens andersluidende wettelijke en decretale bepalingen beslist het college van burgemeester en schepenen over alle uitzonderingen en bezwaren i.v.m. de toepassing van dit reglement.

Een bezwaar kan binnen de 30 kalenderdagen na de bekendmaking van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen en/of de gemeenteraad, schriftelijk ingediend worden via een aangetekend schrijven bij de bevoegde dienst. Het bezwaar wordt binnen de 60 kalenderdagen na het indienen geadviseerd door de bevoegde dienst.

Een vraag tot bekomen van een uitzondering of afwijking op dit reglement wordt binnen de 60 kalenderdagen na het indienen van de aanvraag geadviseerd door de bevoegde dienst.

Daarna wordt de vraag tot bekomen van een uitzondering of afwijking of het bezwaar voor verdere en definitieve behandeling overgemaakt aan het college van burgemeester en schepenen.

Indien binnen de 180 kalenderdagen na het indienen van een vraag tot bekomen van een uitzondering of afwijking of bezwaar geen beslissing wordt genomen door het college van burgemeester en schepenen, wordt het bezwaar als verworpen beschouwd en de vraag tot bekomen van een uitzondering of afwijking als niet-goedgekeurd beschouwd.