Huishoudelijk reglement HOC - BOC gemeentelijk onderwijs

Gemeente ›› Onderwijs ››
Parent Previous Next

Huishoudelijk reglement van het hoog overlegcomité (HOC) en het bijzonder onderhandelingscomité (BOC) – gemeentelijk onderwijs Middelkerke

Afdeling 1: Zetel en secretariaat van de comités

Artikel 1

§1. Het in uitvoering van artikel 20 §3 van het KB van 28 september 1984 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel (verder in de tekst wordt hier naar verwezen als het KB) ingesteld afzonderlijk bijzonder comité van het gesubsidieerd officieel onderwijs van de gemeente Middelkerke, verder kortweg BOC/ABC genoemd, heeft zijn zetel in het gemeentehuis, Spermaliestraat 1 te 8430 Middelkerke.

§2. Het in uitvoering van artikel 35 van het KB ingesteld hoog overlegcomité van het gesubsidieerd officieel onderwijs van de gemeente Middelkerke, verder kortweg HOC genoemd, heeft zijn zetel in het gemeentehuis, Spermaliestraat 1 te 8430 Middelkerke.

Artikel 2

Het HOC en het BOC worden voorgezeten door het lid van het college van burgemeester en schepenen van Middelkerke tot wiens taken het onderwijs behoort.

Wanneer de voorzitter verhinderd is, duidt hij onder de leden van de overheidsdelegatie een plaatsvervangend voorzitter aan.

Artikel 3

Het secretariaat van het HOC en het BOC worden georganiseerd op de zetel van de comités.

De secretaris ervan is een personeelslid van de gemeente Middelkerke, daartoe aangeduid door de algemeen directeur van de gemeente.

Artikel 4

Alle briefwisseling aan de voorzitter en het secretariaat wordt gestuurd naar het adres van de zetel.

Digitale communicatie gebeurt via tinekedeboyser@middelkerke.be.        

Artikel 5

Onverminderd artikel 29, in fine, van het KB wordt de briefwisseling aan de vakorganisaties, in het kader van de vergaderingen van het HOC en het BOC gestuurd aan de adressen in bijlage 1 en 2.

De briefwisseling gebeurt bij voorkeur langs digitale weg.

De algemeen directeur wordt, bij wijze van uitvoeringsmaatregel, gemachtigd om de gegevens vervat in de bijlagen 1 en 2 te actualiseren. Hij meldt deze actualisering aan de gemeenteraad.

Afdeling 2: Samenstelling van de comités

Artikel 6

De afvaardiging van de overheid bestaat uit maximaal zeven leden die bevoegd zijn om verbintenissen aan te gaan in naam van de openbare overheid en die door de voorzitter van het comité worden aangewezen.

Elk van deze personen kan vervangen worden door een behoorlijk gemachtigde afgevaardigde. Deze afvaardiging mag vergezeld zijn van technici.

Artikel 7

De afvaardiging van de vakorganisaties wordt vrij samengesteld door de betrokken organisatie en bestaat uit maximum drie leden per erkende vakorganisatie die zich mogen laten vergezellen door ten hoogste twee technici per ingeschreven agendapunt.

Artikel 8

De afwezigheid van één of meer regelmatig opgeroepen leden van de afvaardigingen maakt de onderhandelingen niet ongeldig.

Artikel 9

De preventieadviseur van de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk en de arbeidsgeneesheer van de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk maken deel uit van het HOC wanneer PBW-aangelegenheden op de agenda staan.

Afdeling 3: Datum van de vergaderingen

Artikel 10

Het HOC/BOC vergadert ten minste driemaal per jaar. Indien geen van betrokken partijen agendapunten hebben voor het overleg kan het overleg in onderling akkoord geannuleerd worden.

Artikel 11

Het HOC/BOC vergadert minstens tweemaal per jaar waarbij PBW-aangelegenheden een vast agendapunt vormen van het overleg

Artikel 12

Het HOC/BOC wordt samengeroepen door de voorzitter.

Artikel 13

§1. De op grond van artikel 23 van het K.B. van 28 september 1984 van een vakorganisatie uitgaande initiatieven worden schriftelijk aan de voorzitter bekend gemaakt.

De voorzitter bepaalt in dat geval de datum van de eerste vergadering die het comité aan het punt zal wijden.

Deze eerste vergadering moet plaats vinden binnen een redelijke termijn.

Daarnaast heeft iedere afvaardiging het recht bij de aanvang van de vergadering wijzigingen aan de volgorde van de agendapunten voor te stellen. Deze kunnen echter enkel bij unanimiteit worden aangenomen.

§2. De op grond van artikel 46 van het KB van 28 september 1984 van een vakorganisatie uitgaande initiatieven worden schriftelijk aan de voorzitter bekend gemaakt.

De voorzitter bepaalt de datum en het aanvangsuur van de eerste vergadering die het comité aan het punt zal wijden. Deze eerste vergadering moet plaats vinden uiterlijk 60 dagen na ontvangst van de vraag.

De voorzitter kan om dwingende redenen weigeren een punt op de agenda te plaatsen. In dat geval moet hij binnen de vijftien dagen na het verzenden van de aanvraag de redenen van zijn weigering meedelen aan het comité en de betrokken vakorganisatie.

Afdeling 4: Oproeping tot de vergaderingen, de agenda en de documentatie

Artikel 14

De agenda wordt door de voorzitter opgesteld rekening houdend met de door de overheid en de door een representatieve vakorganisatie ingediende initiatieven.

Artikel 15

De uitnodiging vermeldt de agendapunten.

Ze wordt samen met de voorbereidende stukken per elektronische of gewone post of per drager uiterlijk tien werkdagen voor de datum van de vergadering verstuurd aan de leden, zoals vermeld op bijlage 2.

In dringende gevallen, waarover de voorzitter oordeelt, kan deze voorzitter de termijn verminderen tot drie werkdagen. De voorzitter motiveert de hoogdringendheid.

Wanneer een of meer agendapunten zulks nodig maken, worden de agenda en de voorbereidende stukken ook bezorgd aan de preventieadviseur.

De elektronische of postdatum van de verzending of de datum van het afgiftebewijs zijn bepalend voor de termijnen vermeld in het KB.

Artikel 16

De oproeping vermeldt:

Artikel 17

Bij elke oproeping wordt de documentatie gevoegd die voor de bespreking van de agendapunten nodig is.

Afdeling 5: Vergaderingen

Artikel 18

De vergaderingen worden gehouden in de zetel van het comité.

De voorzitter kan de vergaderingen van het comité op iedere andere geschikte plaats organiseren. In dat geval wordt dit uitdrukkelijk vermeld in de oproeping.

Artikel 19

De op de agenda voorkomende punten worden behandeld in volgorde van inschrijving.

Aangelegenheden met betrekking tot het welzijn op het werk worden vooraan op de dagorde ingeschreven.

Artikel 20

Onverminderd de mogelijkheid van het comité om op grond van artikel 28 van het KB gedurende de vergadering de dagorde te wijzigen, verzoekt de voorzitter de delegaties bij de aanvang van de vergadering of zij wijzigingen aan de volgorde van de agendapunten voorstellen. Om doorgang te vinden moeten deze wijzigingen, krachtens artikel 28 van het KB door de aanwezige afvaardigingen eenparig worden aangenomen.

Artikel 21

De voorzitter doet het KB en dit reglement naleven, opent, leidt en sluit de debatten en handhaaft de orde in de vergaderingen.

Artikel 22

De vergaderingen van het comité zijn niet openbaar en hebben plaats tijdens de diensturen of aansluitend op de school- of diensturen. Afwijkingen op deze regel worden overlegd in het comité. Indien geen consensus wordt bereikt, beslist de voorzitter over het aanvangsuur van de vergadering.

De personeelsleden die zitting hebben in het comité worden beschouwd als handelend in dienstopdracht, ongeacht hun normale diensturenregeling.

Artikel 23

Elk lid van het comité mag bij voorrang het woord vragen omtrent de volgorde van de agendapunten of om een situatie te verduidelijken. In dat geval dient de betrokkene zich te beperken tot een bondige precisering der feiten.

Artikel 24

De verwijzing naar het huishoudelijk reglement heeft voorrang op de verdere behandeling van om het even welk agendapunt en schorst de bespreking ervan.

Artikel 25

Op vraag van één van de afvaardigingen staat de voorzitter of zijn afgevaardigde een onderbreking van de vergadering toe. In onderling overleg bepalen de aanwezigen de duur ervan.

Artikel 26

Indien de besprekingen niet tot een akkoord leiden, lichten de afvaardigingen of de leden ervan hun respectieve standpunten toe alvorens de voorzitter de onderhandelingen over dat punt afsluit.

Daartoe kunnen zij een schriftelijke nota, ongeacht de benaming, aan de voorzitter bezorgen.

Wanneer dit uiterlijk gebeurt binnen de vijf werkdagen na de vergadering waarbij de onderhandeling over het punt wordt afgesloten, wordt de nota integraal opgenomen in het protocol.

Afdeling 6: De notulen

Artikel 27

§1. De secretaris stelt de notulen van de vergadering op.

§2. De notulen van elke vergadering vermelden uitsluitend:

1. de agenda;

2. de namen en hoedanigheden van de aanwezige en van de al of niet met kennisgeving afwezige leden van de afvaardiging van de overheid;

3. de namen en hoedanigheden van de aanwezige en van de al of niet met kennisgeving afwezige vakorganisaties, alsmede de naam van de aanwezige en van de met kennisgeving afwezige leden van de afvaardigingen van die vakorganisaties;

4. de namen en hoedanigheden van de technici;

5. de beknopte uiteenzetting van de besprekingen (HOC) en/of de behandelde punten (BOC); een verslag dient een zo correct mogelijke weergave van de vergadering te zijn.

6. het met redenen omkleed advies (HOC) en/of de punten waarvoor de onderhandeling beëindigd is (BOC).

§3. De notulen worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris.

Artikel 28

§1. HOC : een afschrift van de notulen wordt binnen vijftien kalenderdagen na de beëindiging van het overleg via mail toegezonden aan de werkende en plaatsvervangende leden van de overheidsafvaardiging en aan de vertegenwoordigers van de vakorganisaties, vermeld in bijlage 1 en, wanneer PBW-aangelegenheden op de agenda staan, aan de preventieadviseur en arbeidsgeneesheer vermeld in artikel 9 van dit huishoudelijk reglement.

§2. BOC/ABC : de voorzitter maakt het ontwerp van protocol op. In het ontwerp van protocol worden

vermeld:

- hetzij het eenparig akkoord;

- hetzij het akkoord tussen de afvaardiging van de overheid en de afvaardiging van een of meer vakorganisaties en het standpunt van de delegatie van een of meer vakorganisaties;

- hetzij de respectieve standpunten.

De aanwezige afgevaardigden kunnen aan het einde van de vergadering besluiten om het ontwerp van protocol binnen 30 kalenderdagen door de voorzitter per e-mail te zenden aan de leden van de overheidsafvaardiging en aan de vakorganisaties

Artikel 29

De leden van de afvaardiging van de overheid en de vakorganisaties en, wanneer PBW-aangelegenheden op de agenda van het HOC staan, de preventieadviseur en arbeidsgeneesheer vermeld in artikel 9 van dit huishoudelijk reglement, beschikken na de verzending van de notulen (HOC)/het ontwerp van protocol (BOC) over een termijn van dertig werkdagen om hun opmerkingen te bezorgen aan de voorzitter.

De verzendingsdatum van de mail ( of postdatum de zending aangetekend werd verstuurd) geldt als bewijs van verzending.

De voorzitter kan evenwel op voorstel van een afvaardiging en na de andere betrokken afvaardigingen binnen de voormelde termijn van 30 werkdagen gehoord te hebben, die termijn wijzigen.

Wordt binnen deze termijn geen tekstwijziging voorgesteld, dan worden de notulen (HOC) of het ontwerp van protocol (BOC) definitief.

In het andere geval :

- HOC : legt de voorzitter op de eerstvolgende vergadering de vraag om rechtzetting aan het HOC voor. Wordt geen overeenstemming bereikt dan worden de uiteenlopende standpunten in de notulen opgetekend.

- BOC : na onderzoek van de opmerkingen tijdens de eerstvolgende vergadering, stelt de voorzitter de definitieve tekst van het protocol op. Een afschrift van het protocol wordt aan de leden ter ondertekening toegestuurd. De voorzitter verzoekt de leden van de afvaardigingen en de vakorganisaties die het protocol wensen te ondertekenen, dat te doen binnen de termijn van 15 kalenderdagen, tenzij een lagere termijn is bepaald.

Artikel 30

De definitief geworden notulen mogen openbaar gemaakt worden.

Artikel 31

De secretaris stuurt een afschrift van de protocollen aan de overheden vermeld in artikel 31 KB.

Afdeling 7: Het archief

Artikel 32

De agenda met bijgevoegde documentatie, de notulen en de protocollen worden op het secretariaat neergelegd en bewaard.

Afdeling 8: Bijzondere bepalingen

Artikel 33

Elke afvaardiging in het comité heeft het recht wijzigingen aan dit huishoudelijk reglement voor te stellen aan de voorzitter.

De voorgestelde wijzigingen worden als agendapunt behandeld tijdens een vergadering van het comité.

Artikel 34

Het gewijzigde reglement wordt, na goedkeuring door de gemeenteraad, ter kennisname bezorgd aan de afvaardigingen.


Bijlage 1: lijst vertegenwoordigers

1. De vertegenwoordigers van de overheid:

1.1. Voorzitter:

Schepen Natacha Lejaeghere

1.2. Leden

Directie gemeenteschool 1, Katrien Wouters

Directie gemeenteschool 2, Patricia Hauweele

2. De secretaris van het comité:

Dienst beleidsondersteuning, Tineke De Boyser

3. Lijst van de representatieve vakorganisaties met de permanent techniekers

Algemene Centrale der Openbare Diensten

Nieuwpoortsesteenweg 11

8400 Oostende

Nele Boghe

nele.boghe@acod.be

COV

Kanunnik Dr. Louis Colensstraat 7

8400 Oostende

Leen De Grande

Leen.DeGrande@acv-csc.be

VSOA

Boudewijnlaan 20-21

1000 Brussel

Wim Van der Schueren

wim.vanderschueren@vsoa-onderwijs.be

4. De preventieadviseur

Maarten Ureel